dinsdag 16 juni 2015

Milieuvriendelijkheid begint bij jezelf

Afgelopen zaterdag was ik bij mijn kapster. We raakten in gesprek over een recente uitzending van Ivo Niehe over Wubbo Ockels. Wubbo Ockels zijn laatste speech. Zijn smeekbede aan ons, mensen, om de aarde te redden. Kort daarna is hij overleden. Deze uitzending die ik al eerder gezien had, was een herhaling.

Dit filmpje had veel indruk op haar gemaakt. Zoals het heel veel indruk op mij gemaakt heeft toen het voor de eerste keer uitgezonden werd. Tranen met tuiten! En weer! Ik deel hem graag nog een keer opdat wij deze boodschap niet vergeten. Ook de brief die hij een paar dagen voor zijn dood schreef maakte indruk. 

Ons gesprek ging verder over het milieu en op welke manier we daarmee bezig waren. Zij probeert er in haar kapsalon rekening mee te houden met het soort producten dat zij gebruikt en verkoopt. Ook thuis doet zij het een en ander om het milieu zoveel mogelijk te sparen. Zij neemt bijvoorbeeld altijd een tasje mee als ze met de hond in de duinen gaat wandelen en ruimt dan tegelijkertijd de rommel op die zij tegenkomt. Vaak is dat een tas vol. Ik realiseerde me opeens dat ik eigenlijk ook nog veel meer kan doen. Sterker nog, ik ben eigenlijk vrij gemakzuchtig. Ik deel weleens een artikel op Facebook. Ik maak me druk als ik allemaal rommel op straat of in het weiland, waar ik met de hond loop, zie liggen. Maar verder dan het chemisch afval, groen en papier scheiden doe ik niet. Pratend kom ik een heel eind over het redden van onze aarde, maar wat draag ik dan daadwerkelijk bij? Politiek gezien kan ik er niks mee, behalve mopperen als er weer bepaalde milieuonvriendelijke maatregelen getroffen worden. En daar dan een stevige discussie over voeren. Ik ben zeer verontwaardigd als ik iemand afval uit het autoraam zie gooien en maak me daar dan druk om. Opeens realiseer ik mij dat deze ‘acties’ van mij nergens toe leiden. Behalve dan het scheiden van mijn afval, dat is goed. Wat kan ik dan wel? Eigenlijk wat mijn kapster al doet. Gewoon de rommel die ik tegenkom opruimen in plaats van er hoofdschuddend overheen stappen. Plastic ook nog gaan scheiden zodat het gerecycled kan worden. Bewuster kiezen voor milieuvriendelijke producten zoals toiletpapier, schoonmaakmiddelen, etcetera. Er zijn vast nog meer dingen die ik kan doen. Natuurlijk blijf ik ook op Facebook de bewustmakende artikelen delen, mensen bewust te maken. Deze blog schrijven. Duidelijk is voor mij wel: zorgen voor het milieu begint in eerste instantie bij mezelf. En als heel veel mensen bij zichzelf beginnen, ieder op zijn of haar manier, zouden we de aarde met elkaar toch moeten kunnen redden? Dus niet van bovenaf, op hoog niveau, maar vanaf de basis. De politici gaan dan vanzelf wel meedoen. Hebben we het toch mooi voor elkaar! Dank je wel lieve Agnes voor ons inspirerende gesprek. Laten we met z’n allen de boodschap van Wubbo Ockels levend houden.

woensdag 15 april 2015

Competitiewoorden

Woorden als: de beste, het meest, het minste, je best doen, het groepje dat het eerste..….enzovoort, zijn woorden/kreten die ik regelmatig gebruikte toen ik nog in het onderwijs werkte. Competitiewoorden zou ik nu zeggen. Nu, in mijn kindercoachpraktijk, kom ik namelijk erachter wat die woorden kunnen doen bij kinderen. Welk gedrag ik, zonder dat ik er erg in had, opriep door te roepen: “het groepje dat het eerste klaar is krijgt een sticker”. Vaak is dat hetzelfde groepje. In de andere groepjes zit dan een kind wat het moeilijk vindt om opeens te stoppen waar het mee bezig is, of het lastig vindt om stil te blijven zitten, of…….noem maar op. Dus die andere groepjes zijn niet snel als eerste klaar door een bepaald kind. Een groepje waar geen ‘stoorzender’ in zit is uiteraard meestal het eerste. Heel vervelend voor degenen die wel snel klaarzitten als je wel een ‘stoorzender’ of een ‘slome’ in de groep hebt. Het gevolg daarvan kan zijn dat er geïrriteerd gereageerd kan worden naar zo’n ‘verpester voor de groep’. Die irritaties in de groep zorgen niet voor een prettige (school-) werkomgeving dus dan heb je de poppen aan het dansen. Het kind waar de irritaties tegen gericht zijn kan zich niet concentreren, dus dit kind presteert minder dan dat het zou doen als de sfeer in het groepje goed is. Ingrediënten voor faalangst, maar ook voor gepest worden. Pffft, als ik erover nadenk wat voor effect zo’n opmerking kan hebben! Gelukkig vergeten kinderen weer snel en ze zijn vaak sociaal dus zal het niet 1,2,3 zo’n vaart lopen. Maar, er zal er maar één tussen gezeten hebben die het zich aantrok. Ik hoop het niet. In mijn praktijk heb ik een kind, Bas (niet zijn echte naam) die van een dergelijke situatie heel veel last had. De juffrouw moest naar de bibliotheek dus alle kinderen moesten netjes in de rij lopen. De juf had een ‘prijs’ in het vooruitzicht gesteld: de 3 kinderen die het meest hun best gedaan hadden met netjes in de rij lopen, kregen een snoepje van de juf. Bas deed heel erg zijn best en keek de juf hoopvol aan toen ze de namen van de 3 kinderen op ging noemen. Bas zijn naam werd niet genoemd. Hij begreep er helemaal niets van. Hij had juist zó zijn best gedaan! Hoe kon dat nou? Bas heeft hier heel veel last van gehad. Hij sliep slecht. Was boos en verdrietig tegelijk en zijn motivatie om zijn best te doen werd ook minder. Waarom zou hij? De juf zag het toch niet. 
Dit kan dus het effect zijn van een goedbedoeld plan van de juf om de kinderen te motiveren hun best te doen. Het is dus niet handig om zulke ‘prijzen’ te geven voor je best doen. Wie kan in een groep van 30 kinderen zien wie zijn best doet? Je kunt vaak wel zien wie niet, maar verder kun je niet zien wat er in die koppies omgaat. Voor mij was het een enorme eyeopener. Als ik ooit nog in het onderwijs, of waar dan ook met een groep kinderen ga werken, dan zal ik het niet meer op die manier doen. Dan probeer ik ze ‘gewoon’ te motiveren met leuke lessen of activiteiten en die beloon ik met complimenten. In ieder geval niet meer met competitieverhogend gedrag van mijn kant.

dinsdag 27 januari 2015

Verlangen en genieten


Verlangend kijkt ze in de verte. Daar lopen ze. Ze staat even stil. Wat zou ze daar graag heen lopen, rennen. Naar hen, met hun rustige, natuurlijke tred. Hun relaxte uitstraling. Ze werpen en blik terug, naar haar, en vervolgen hun pad. Richting de dam. Ze loopt verder door het natte gras. De zon komt op. Het is een beetje heiig wat een mystieke sfeer geeft die goed past bij haar gevoel. Rustig loopt ze door. Een Rietgors schrikt op en scheert weg. Verbaasd kijkt ze hem na. Ze heeft geen kwaad in de zin. Een bruine roofvogel, een Buizerd, zweeft kort en maakt dan weer een paar luie slagen met zijn brede vleugels. Ze blijft even staan om dit schouwspel te aanschouwen. De Buizerd hangt stil en begint te bidden. Zoals een goede gelovige voor zijn avondmaal. Hij duikt naar beneden, pikt daar iets op. Een veldmuisje? Daarna vliegt  hij met trage vleugelslagen en zijn buit weg. De verte in. Ze vervolgt haar weg. Opeens staat ze stil, kromt haar rug en geeft toe aan een plotseling opkomende, natuurlijke drang. Opgelucht rent ze daarna een weer verder het weiland in. Het geeft een gevoel van vrijheid. Aan het einde van het weiland, aan de kant van de sloot, stopt ze. Noodgedwongen. Kwetterend rennen een paar geschrokken waterhoenen over het water bij haar vandaan. Het leven in en op het water reageert onrustig. Een koppel eenden peddelen naar een eindje verderop. Een zwanenkoppel blijft rustig drijven, maar houden de boel nauwlettend in de gaten. Alert op wat er gaat gebeuren. Het water is helder. Er zit beweging in. een schooltje kleine visjes zwemt voorbij. Waarschijnlijk zijn het voorntjes. Die komen hier vaak voor. Aan de overkant van de tocht, komt opeens een kudde paarden aan, in galop. Er gebeurt iets en daar willen ze bij zijn. Nieuwsgierig kijken ze naar haar. Misschien krijgen ze een lekker hapje, een aai of een andere verwennerij. Ze blijft nog even rustig staan tot de rust is wedergekeerd. Dan draait ze zich om. Terug naar huis. Waar haar ontbijt wacht. Halverwege kijkt ze nog één keer verlangend in de verte. Ze zijn nu bij de dam. Ze twijfelen even. Dan, na een schijnbaar kort beraad, gaat de eerste erover. De anderen kijken elkaar aan. Wie volgt? Nummer twee is nu ook bijna aan de andere kant. Dan volgt de rest. Ze loopt nu naar huis. Sneller dan daarnet. Weer een gemiste kans. een kans om op een nabijgelegen weiland achter de schapen aan te rennen. Om te spelen. Niet meer dan dat want ze is geen agressieve jager. Morgen is er weer en nieuwe dag. Nieuwe kansen. Nu is er een heerlijke bak hondenvoer en een bak met vers water. Het leven van een hond in de polder is een groot avontuur. 

woensdag 7 januari 2015

Lieve milieu activisten

Lieve milieu-activisten (en eigenlijk alle activisten),
Jullie doen mooi werk! Zorgen voor het milieu is enorm belangrijk. We maken er met z'n allen vaak een potje van. De overheid niet in het minst. Als we de aarde willen behouden zullen we zeker heel veel aandacht moeten hebben voor het milieu. Maar de manier waarop, hé. Daar word ik, als onderdeel van de natuur en het milieu, heel verdrietig van. Haatmails! Dat is toch niet de manier om onbewuste mensen inzicht te laten krijgen? Het is namelijk vaak geen onwil van mensen om geen rekening te houden met de natuur en het milieu, maar een 'nooit geleerd hebben' , een gebrek aan inzicht. Om dat dan af te straffen met bangmakerij is niet de juiste manier, denk ik. Er zijn zoveel andere manieren waarbij jullie onze 'mede natuur- en aardebewoners' duidelijk kunnen maken wat er aan de hand is? De verstrikte uil in een wensballon, bijvoorbeeld, heeft veel indruk gemaakt. Dat weet ik zeker! Een mooie nalatenschap voor de uil. Misschien kunnen jullie milieuvriendelijke ballonnen ontwikkelen waardoor mensen hun wensen het universum in kunnen sturen, bijvoorbeeld. Ik weet zeker dat jullie nog veel meer dingen kunnen bedenken dan ik. Maar laat ieder mens in zijn waarde en ga er niet vanuit dat dit soort dingen moedwil wil zijn, maar ga er vanuit dat zij onwetend zijn. Reageer dan als een liefdevol medemens die hen helpt om te leren.
Dank jullie voor jullie inzet voor onze aarde!
Succes!
Moeder Annies


vrijdag 10 oktober 2014

Fantasie

Soms kom ik iets tegen waarbij mijn fantasie op de loop gaat. Dat kunnen zinnen zijn, woorden die je anders kan lezen en uitspraken van mensen. Op 3 oktober jl. was ik in Leiden. Bij Leids Ontzet. Hutspot, haring en wittebrood, muziek, taptoe, optocht, markt, kermis, veel drank, kortom: Feest! Er hoort ook nog een stuk geschiedenis bij, maar dat sla ik nu even over. Voor wie interesse heeft: http://nl.wikipedia.org/wiki/Beleg_van_Leiden_(1573-1574) . Ik ben ik nooit eerder op 3 oktober in Leiden geweest, maar het was mooi weer en ik had zin een stuk te fietsen. Een mooie gelegenheid om Leidens Ontzet eens van dichtbij te bekijken. Of is het Leiden Ontzet? In ieder geval Ontzettend Leids! Ik slenter met zus en zus van zwager door de stad. We besluiten om even een patatje te gaan eten want 2 biertjes op een nuchtere maag vallen diep en raken goed. We eten onze patat op een bank. Dan valt mijn oog op een briefje bij een bel. Ik sta op en lees wat er staat: '2x bellen want de bel doet moeilijk'. Ja, en dan komt mijn fantasie op gang. Zo. Dus als ik 1x bel, gaat de deur open en staat er een bel voor mijn neus: "zo, mevrouw, dus u wilt naar binnen. Dat gaat zo maar niet! Ik ga u eerst wat vragen stellen."  Of: "aha, u heeft 1x gebeld. Zingt u het Wilhelmus maar eens 2x achterste voren in het Leids." Of: "1x bellen, hé! Kunt u niet lezen? Ik zal u eens een lesje leren!" Kom op zeg, doe niet zo moeilijk! Leuk zulke briefjes. We lopen weer verder. Ha, een ijssalon. Een vriendelijke jongen vraagt: "kan ik iets voor u opscheppen?"
Zeg dan maar eens nee tegen de verleiding.
Daarna wordt het tijd om weer naar huis te fietsen. Ontzettend genoten van mijn fietstochtje naar Leiden.
 

donderdag 21 augustus 2014

Verliefd!

Baf! Verliefd! In één klap. Mijn zoon en zijn vriendin komen eten. Op zondag. We zitten gezellig te keuvelen over koetjes, kalfjes en de vakantie. Mijn man komt thuis met de pizza’s. We willen net beginnen met het eten als mijn zoon aankomt met een cadeautje. Ik maak het platte pakje nietsvermoedend open en zie de lelijkste kopie van een lelijke echo van het mooiste kindje dat ik ooit gezien heb.
Mijn groeiende kleinkindje, hun kindje. Ik krijg een steek, recht in mijn hart: VERLIEFD! Verliefd op mijn zoon, op mijn schoondochter, op het kindje en dat allemaal in één keer. Zo overweldigend, zo gaaf! Tranen met tuiten van geluk. Ik had nooit gedacht dat zo’n cadeau, zo binnen kon komen. Wel dus! Beiden even goed geknuffeld. Oma! Ik word oma. Dan komt de vraag om nog even te wachten met vertellen. Tot woensdag. De aanstaande vader wil het eerst persoonlijk aan zijn vrienden vertellen. ’s Nachts word ik een paar keer wakker. ‘Ik word oma’, is steeds het eerste wat ik denk! Weer beginnen de blije vlinders even te fladderen. Ze moeten nog een half jaartje geduld hebben voordat ze volledig uit kunnen vliegen. Maandag op mijn werk valt het woord ‘oma’ bijna steeds uit mijn mond. Maar ik zeg niks. Dinsdag, hetzelfde. Gelukkig komt mijn dochter, de aanstaande tante, langs. Zij vindt het ook geweldig! Samen praten we erover. Over hoe leuk het is. Het is woensdag. Mijn zoon heeft gewhatsappt dat het mag. Ik mag het vertellen en doe dat dan ook graag. Allemaal mooie, lieve, enthousiaste reacties. Dat voelt ook al zo fijn. Vandaag een paar slofjes gekocht. Mijn eerste oma-cadeautje. Oma. Het woord heeft een mooie klank.
Ik vind het een eretitel: OMA. 

zondag 15 juni 2014

Moeder Annies begint.

Ik hoop dat ik alles wat ik zie en denk zo kan weergeven dat iedereen kan zien wat ik zie en denk. Zo. De eerste zin is eruit. Ja, ik ben eindelijk ook begonnen met bloggen. En nee, ik heb niet de illusie dat iedereen op mijn schrijfsels zit te wachten. Schrijven deed ik tot nu toe op papier met een pen.Soms in een Worddocumentje. Ik zie altijd zoveel dingen gebeuren dat ik een grote behoefte heb om dit op te schrijven. Ook hou ik ervan om af en toe mijn mening ergens over te geven op Facebook of Twitter. Het prettige van opschrijven is dat ik even geen heel gesprek hoef aan te gaan, maar gewoon even kan 'luchten'.  Vaak is dit al genoeg. Hiermee bespaar ik mensen dan hele discussies. Mezelf ook. Wat ik wel leuk vind is dat mensen 'schriftelijk' reageren zodat ik kan lezen hoe anderen erover denken. Dit zorgt er voor dat ik alles van meerdere kanten kan bezien. Dat lukt me meestal toch wel, maar ik kom toch regelmatig dingen tegen waar ik dan totaal niet aan gedacht heb. Goed voor het inlevingsvermogen. Van mij en ook van de andere respondenten. Soms heb ik iets grappigs bedacht, maar geen toeschouwers om tegen te vertellen. Dat schrijf ik dan ook op. Ik hoop dan dat ik bij iemand een (glim-) lach op zijn/haar gezicht tover op deze manier. Ik zie dat dan helemaal voor me. Diegene, ik zal haar 'Meisje' noemen, zit dan te scrollen op Facebook.  Meisje zit in een behoorlijke dip. Baan kwijt, vriendinnen op vakantie en geen zin en geld om iets leuks te gaan doen. Dan maar gedachteloos scrollen. Dan komt opeens mijn grapje voorbij. Meisje scrolt terug en leest het nog eens goed. Ze schiet is de lach. De rest van de dag voelt Meisje zich een beetje beter. Wat kan fantasie toch leuk zijn! En daarom schrijf ik.